Door Lilianne Ploumen op 20 februari 2021 Delen
Als je met spoed hulp nodig hebt duurt een minuut ontzettend lang.
Iedere minuut kan dan zelfs letterlijk van levensbelang zijn. Maar op teveel plekken in Nederland is het te ver weg geraakt. De spoedeisende hulp is gesloten, het dichtstbijzijnde ziekenhuis is ineens een eind rijden.
Woensdag was ik in Zeeland, in Goes. Bij één van de twee spoedeisende hulpposten in die provincie. Een paar jaar geleden was er nog een SEH in Vlissingen, maar die moest gesloten. Daardoor kan het nu gebeuren dat je in Vlissingen acuut zorg nodig hebt, maar vervolgens nog een half uur moet rijden naar het ziekenhuis.
In allerlei steden en dorpen is spoedzorg verder weg geraakt.
En dit speelt op veel plekken in Nederland. In allerlei steden en dorpen is spoedzorg verder weg geraakt. Voor 1,5 miljoen Nederlanders is de spoedeisende hulp verder weg dan tien jaar geleden. Het is daarom tijd voor een kentering. Voor zorg dichtbij.
Daarom willen wij extra geld voor de spoedzorg in Nederland. 100 miljoen euro, waarmee posten open kunnen blijven en gesloten spoedposten weer opnieuw geopend.
Wij willen extra geld voor de spoedzorg in Nederland.
Goede zorg moet voor iedereen beschikbaar zijn. Niet het geld, maar de mensen moeten voorop staan. Het is tijd om te kiezen voor een andere, eerlijkere koers. Waarbij spoedzorg gewoon weer in de buurt is.
