Bijna 5000 kinderen zitten thuis en krijgen geen onderwijs. Hebben geen juf of meester. Ontmoeten geen klasgenootjes. En doen niet mee aan de spelletjes op het schoolplein of tijdens de gymles. Terwijl ze vaak niets liever willen. Het is soms moeilijk de berichten die ouders ons hierover sturen met droge ogen te lezen.
Verhalen over kinderen die te horen krijgen dat er voor hen geen plek is op school, verhalen van ouders die moeten leuren met hun kind, en telkens voor dichte deuren komen te staan. Verhalen van ouders die zouden willen klagen maar niet weten waar, want de klachtenprocedure loopt via dezelfde kanalen als waar de klacht over gaat.
Dat niet ieder kind het onderwijs en de zorg krijgt waar het recht op heeft is simpelweg onacceptabel in een rijk land als Nederland. Want elk thuiszittend kind is er één te veel. En het ergste is nog: het aantal thuiszittende kinderen is alleen maar gestegen.
Kinderen verdienen iemand die naast ze gaat staan
Deze kinderen en hun ouders verdienen iemand die naast ze gaat staan. Ze weer vertrouwen geeft. Meedenkt en oplossingen aandraagt. In plaats daarvan zien we dat kinderen en gezinnen, maar ook scholen, leraren en hulpverleners, vaak verstrikt raken in een bureaucratische jungle. Soms met meldingen bij Veilig Thuis aan toe.
Bovendien zijn er grote regionale verschillen. Waar je in de ene gemeente wel vervoerskosten of extra zorgkosten vergoed krijgt, moet je die een paar kilometer verderop zelf betalen. Daarom pleiten wij voor een landelijk niveau van basisondersteuning. Zodat voor scholen, ouders en leraren duidelijk is welke ondersteuning geboden moet worden en de verschillen minder groot worden.
Het lerarentekort heeft desastreuze gevolgen voor kansengelijkheid
En dan is er nog altijd het groeiende lerarentekort. Een tekort dat leidt tot een crisis in ons hele onderwijs met desastreuze gevolgen heeft voor de kansengelijkheid. Het is dan ook geen verrassing dat deze onderwijscrisis het hardst aankomt in het speciaal onderwijs. Bij de scholen waar de meest kwetsbare kinderen op zitten, of liever gezegd: zouden moeten zitten. Het zijn schokkende cijfers: 18 procent van de voortgezet speciaal onderwijsscholen en 14 procent van de speciale basisscholen heeft momenteel kinderen op een wachtlijst staan.
We moeten deze onderwijscrisis stoppen. Door nu structureel te investeren. De loonkloof te tussen basisonderwijs en voortgezet onderwijs te dichten en de werkdruk te verminderen. En daarbij hoort ook dat we de leraren in het voortgezet speciaal onderwijs overhevelen naar de cao die voor het voortgezet onderwijs geldt. En niet, zoals nu het geval is, laten zitten in de cao voor het basisonderwijs. Want ieder kind moet zeker zijn van onderwijs en een leraar.