1 mei – de Dag van de Arbeid. Het is een dag waarop we vieren wat we bereikt hebben. En we zijn inderdaad van ver gekomen. Dat er zoiets bestaat als een weekend, dat vrouwen niet automatisch ontslagen worden als ze trouwen, dat iedereen een pensioen krijgt: het is allemaal vooruitgang die we hebben geboekt en waar de PvdA een beslissende rol in heeft gespeeld.
“Ongelijkheid verkleinen is prioriteit één, twee en drie”
Het is ook een dag waarop we bespreken wat we nog te doen hebben. En dat is veel. De afgelopen jaren is de ongelijkheid gegroeid. Hard werken levert te vaak te weinig op, terwijl je geld het werk laten doen juist veel oplevert. Die tweedeling tast de fundamenten van onze samenleving aan. Mensen zijn minder bereid iets voor een ander te doen, worden cynisch over de politiek en verliezen het vertrouwen in elkaar. Het zorgt voor een samenleving waar alleen de handelaren in complottheorieën garen bij spinnen.
Een duidelijke opgave dus. Ongelijkheid verkleinen is mijn prioriteit één, twee en drie. Heel simpel omdat het de levens van mensen verbetert. En omdat minder ongelijkheid de samenhang in een samenleving versterkt. Zodat mensen er weer op kunnen vertrouwen dat de toekomst beter gaat zijn. Want dan kunnen we bouwen aan een eerlijke economie, waarin de belangen van mens en planeet zwaarder wegen dan die van het kapitaal. Waarin we aandacht hebben voor wat echt belangrijk is in het leven: familie, vrienden, gezondheid en de vrijheid om jezelf te zijn.
“Die groeiende ongelijkheid is een politieke keuze. We willen laten zien dat het anders kan”
Drees, Den Uyl, Kok: als sociaaldemocraten staan we op de schouders van reuzen. Zij hebben Nederland in hun eigen tijd allemaal socialer gemaakt. En het is aan ons om het volgende hoofdstuk te schrijven. Ik zie dat er groeiende behoefte is aan sociaaldemocratie. In Duitsland, Spanje, Portugal, Zweden, Denemarken, Noorwegen, Finland zijn de sociaaldemocraten weer de grootste. Ook in Nederland zijn we de grootste partij in gemeenten als Amsterdam, Haarlem, Leeuwarden, Harlingen en Heerenveen.
Natuurlijk zie ik ook de uitdagingen. Nederland is lang niet zo verdeeld geweest als nu en kent grote problemen. Een gebrek aan betaalbare woningen, de tekorten in het onderwijs en de zorg, bijna tien procent inflatie. Dat is alsof je meer dan een maandsalaris moet inleveren. Er zijn maar weinig mensen die dat zomaar kunnen ophoesten. En toch wil ik laten zien dat het anders kan.
Door te kijken wat we nu kunnen veranderen. Door zelf voorstellen te doen in de Kamer en door de progressieve krachten te bundelen. Door te laten zien dat we echt een andere keus kunnen maken. Dat de groeiende ongelijkheid geen natuurverschijnsel is, maar een politieke keuze. Het is hoog tijd dat Nederland weer sociaal wordt.